Op basis van Deci en Ryan’s Zelf-Determinatie Theorie zijn in het huidige onderzoek de mogelijke antecedenten van bevlogenheid en werkverslaving onderzocht. Daarnaast zijn van deze twee typen hard werken de relaties met diverse indicatoren van werkprestatie onderzocht (in-rol en extra-rol gedrag, contraproductief gedrag en verloopintentie). In totaal hebben 275 Nederlandse zorgmedewerkers een online vragenlijst ingevuld. Analyse van een lineair structuurmodel toonde aan dat bevrediging van de behoeften aan autonomie en relationele verbondenheid gepaard gaat met bevlogenheid, en dat het uitblijven van bevrediging van de behoeften aan autonomie en competentie gepaard gaat met werkverslaving. Bovendien hangen de twee typen hard werken positief samen met extra-rol gedrag en hangt bevlogenheid negatief samen met verloopintentie. Verder lieten de analyses zien dat bevrediging van de psychologische basisbehoeften gepaard gaat met verschillende aspecten van werkprestatie. Het huidige onderzoek biedt handvatten voor de praktijk om bevlogenheid te stimuleren en werkverslaving tegen te gaan en om prestaties te optimaliseren.
Maarten werkt iets langer dan een jaar in een team van ongeveer 10 mensen in een zorgorganisatie. Zijn leidinggevende is Vera. Dit is zijn tweede baan nadat hij zijn opleiding heeft afgerond. Het werk is hem wel goed bevallen. Hij voelt een soort kameraadschappelijkheid met zijn collega’s. Het werken met de patiënten geeft hem over het algemeen veel voldoening. De laatste paar maanden heeft hij het helaas steeds minder naar zijn zin. Dit heeft vooral te maken met zijn relatie met Vera.
Veel leraren hebben de neiging om te denken dat het stellen van grenzen hetzelfde is als het inperken van de autonomie van de leerling. Als een leerling grensoverschrijdend gedrag vertoont (zoals het slaan van een ander kind) denken ze dat zogenaamd controlerend gedrag de enige effectieve optie is. Met controlerend gedrag bedoelen we hier dominant en eisend gedrag. Je kunt bijvoorbeeld denken aan een autoritaire toon aanslaan, dreigen, eisen dat de leerling zijn mond dicht houdt en precies zeggen wat de leerling moet doen. Maar onderzoek binnen de zelfdeterminatietheorie heeft laten zien dat grenzen stellen en structuur aanbieden kan op een manier die niet autonomie-ondermijnend is (lees meer). Het bieden van structuur terwijl je de autonomie van de leerlingen blijft ondersteunen werkt het beste. Maar, zo vragen veel leraren zich af, kan dat wel bij zulk grensoverschrijdend gedrag van leerlingen? Avi Assor en zijn collega’s onderzochten dit in een 22 maanden durend project.
Op Annie Murphy Pauls voorspelbaar interessante blog The Brillant Blog staan twee nieuwe artikelen over interesse; over wat het is, hoe het zich ontwikkelt en waar het toe leidt (hier en hier). Ik probeer hieronder samen te vatten (en hier en daar te parafraseren) wat ze zegt en raad je aan haar blog te bezoeken als je er meer over wilt weten.
Annie schrijft over de opkomende wetenschap van interesse die laat zien dat wanneer we geïnteresseerd zijn we informatie beter en dieper verwerken, we harder werken en langer volhouden. En wanneer vinden we dingen eigenlijk interessant? Het blijkt zo te zijn dat dingen, om interessant te kunnen zijn, nieuw, complex en begrijpelijk moeten zijn. Wanneer we eenmaal geïnteresseerd zijn in iets kan onze interesse autonoom verder groeien en ontwikkelen. Dit komt doordat, wanneer we een onderwerp interessant vinden, we vaak nieuwe informatie tegenkomen die in zekere mate op gespannen voet staat met wat we al over het onderwerp wisten. Omdat we dit conflict tussen wat we al wisten en deze nieuwe informatie willen oplossen, is onze interesse verlengd.
Ik hoorde over de volgende situatie in een les. Robert is wiskundeleraar op een middelbare school. Hij geeft les aan een tweede klas. In de vorige les, een paar dagen geleden, had één van zijn leerlingen, Sara, haar boek niet bij zich. Robert heeft haar toen gevraagd om haar boek voortaan bij zich te hebben tijdens de les. Sara zei dat ze dat zou doen. Terwijl hij voor de klas staat uit te leggen ziet Robert dat Sara, die een achterin de klas zit, zich een beetje lijkt te verschuilen achter de rug van de leerling die voor haar zit. Hij doet een stap naar voren, kijk even goed en ziet dat er opnieuw geen boek op Sara’s tafel ligt.
Coert Visser, 2014, O&O, Tijdschrift voor Human Resource Development, (pdf)
Competentieontwikkeling is belangrijk voor individuen en organisaties. Dit artikel schetst de voordelen van interessegericht ontwikkelen, het je structureel verdiepen en bekwamen in dat wat je interesseert, zowel op de korte als de lange termijn.
Uw belangrijkste klant dreigt over te stappen naar de concurrent en u moet hem overhalen. Een medewerker uit uw team verpest de sfeer en u moet zijn gedrag corrigeren. U vindt dat uw baas zich teveel met uw zaken bemoeit en wilt daarin verandering bereiken.
Enige tijd geleden werd ik uitgenodigd om het managementteam van een organisatieadviesbureau te begeleiden. Het bureau was enige jaren geleden opgestart door vijf jonge organisatieadviseurs en het had zich inmiddels ontwikkeld tot een goedlopend bureau bestaande uit enkele tientallen medewerkers. Ik werd gebeld door de voorzitter van het management die mij vertelde dat er een conflict in het managementteam was ontstaan. Hij vertelde dat het vertrouwen tussen de individuele managementteamleden weg was en dat zij graag onder mijn begeleiding wilden proberen dit op te lossen. Aanvankelijk was het idee om eerst een hele dag met elkaar om de tafel te gaan en later eventueel meerdere sessies te houden. Op mijn suggestie is deze eerste sessie ingekort tot een dagdeel. Het bleek dat er na deze sessie geen noodzaak meer werd gezien om nog meer sessies te houden omdat men weer goed zelf verder kon als managementteam.
“Een belangrijke vraag die ik over het grit concept heb is hoe die lange termijn passies of doelen er precies uit kunnen zien. Als je kijkt naar het meetinstrument waarmee Duckworth grit meet dan wordt dit nog niet erg duidelijk (zie hier). Op welk niveau dienen die lange termijn doelen te zijn gedefinieerd? Maakt het uit of die lange termijn doelen gedefinieerd zijn op het niveau prestaties/resultaten (prestatiedoelen) of op het niveau van leren (leerdoelen)? Hoe specifiek dienen die langetermijndoelen of passies te zijn? In welke mate zijn die langetermijndoelen statisch of dynamisch? Hoe goed kun je als jonge persoon al weten wat je op de zeer lange termijn wilt bereiken? Ik stel mij voor dat je als jonge persoon niet precies kunt overzien hoe je leven gaat lopen en dat door je ervaringen en je leerprocessen ook anders gaat denken over wat je wilt bereiken. Is het misschien zo dat je denken over je langetermijndoelen of -passies een voortgaand proces is waarbij je in feite steeds opnieuw definieert en aanscherpt wat die passies/doelen zijn?”
In 1965 schreef de psycholoog Hadley Cantril een artikel waarin hij een interventie beschreef die hij The Cantril Self-Anchoring Striving Scale noemde. Deze interventie kan als voorloper worden beschouwd van wat nu één van de populairste technieken van coaches is geworden: de schaalvraag. De schaalvraag kwam tot bloei door de ontwikkelaars van de oplossingsgerichte aanpak, Insoo Kim Berg, Steve de Shazer en hun collega’s van het Brief Family Therapy Center in de Verenigde Staten. Zij voegden belangrijke nieuwe elementen toe aan de schaalvraag. De laatste tien jaar is de interventie in de praktijk van coaching verder verfijnd en zijn haar toepassingen breder geworden. Schaalvragen behoren tot de meest flexibele en veelzijdige technieken die coaches vandaag de dag hanteren.
Een lezer, Peter, reageerde op mijn artikel over werkplekdemocratie. Hij vertelde me dat er binnen zijn organisatie onrust was binnen zijn afdeling nadat de vorige leidinggevende, die niet goed functioneerde, al snel weer moest vertrekken. De directie startte een wervingsprocedure en Peter en zijn collega’s merkten dat zij hierbij niet werden betrokken.Lees verder »
Werken met minder gemotiveerde cliënten of deelnemers aan trainingen hoeft vaak niet zo’n probleem te zijn voor progressiegerichte professionals. In werken met niet gemotiveerde opdrachtgevers geloof ik echter niet erg.
Als je als coach progressiegericht werkt dan kun je soms te maken hebben met wat wel genoemd wordt ‘gestuurde cliënten‘. Dit zijn cliënten, coachees die er niet volledig achter staan om met jou te praten. Ze zitten daar omdat iemand anders, hun baas bijvoorbeeld, wilde dat ze daar zouden zitten. Ze voelden zich verleid of gedwongen om daar te zitten maar zijn niet erg gemotiveerd om mee te werken. In de progressiegerichte aanpak is er bepaalde manier van werken met dit soort cliënten die de kans groot maakt dat je snel met ze kunt samenwerken. In het artikel De kantelinterventie bij gestuurde cliënten kun je lezen hoe dit precies in zijn werk gaat. Voor een progressiegerichte coach is er normaal gesproken geen enkel bezwaar om met dit soort cliënten te werken. Lees verder »
Bij progressiegericht sturen komen de personen die een stuurvraag op zich af krijgen soms met een ‘ja maar’ reactie. Hier kun je lezen welke verschillende redenen er zoal zijn voor die ‘ja maar’ reacties en hoe je ermee om kunt gaan.
Een van de belangrijkste theoretische pijlers onder de progressiegerichte aanpak is de zelfdeterminatietheorie (ZDT). De bevindingen uit zelfdeterminatietheorie zijn praktisch goed bruikbaar in veel contexten zoals in de opvoeding, de schoolcontext, werk en leidinggeven en coachen en counseling. Veel mensen (zeker lezers van deze site) hebben al gehoord over de psychologische basisbehoeften aan autonomie, competentie en verbondenheid, maar de zelfdeterminatietheorie omvat meer interessants. We merken vaak dat onze klanten en cursisten geïnteresseerd zijn om meer te leren over zelfdeterminatietheorie. Daarom geef ik hier wat meer uitleg. Daarbij baseer ik me vooral op het werk van Ed Deci en Richard Ryan en de website www.selfdeterminationtheory.org. Zelfdeterminatietheorie richt zich op 6 hoofdonderwerpen. Deze worden hieronder kort besproken.
Het dual process model geeft inzicht in hoe docenten de motivatie van leerlingen kunnen ondersteunen. De zelfdeterminatietheorie biedt belangrijke aanknopingspunten voor hoe docenten de motivatie van leerlingen kunnen verbeteren. Dit artikel bevat een samenvatting van dit soort interventies. Wanneer docenten deze interventies toepassen neemt de kans toe dat leerlingen zich beter gaan voelen, meer aangehaakt raken bij de lessen en beter gaan leren en presteren. Jang, Kim & Reeve (2016) laten zien dat een tweesporenaanpak, of, zoals zij het noemen een ‘dual process model’, nodig is om dit te bereiken.
Wij gebruiken cookies op onze website om u de meest relevante ervaring te bieden door uw voorkeuren en herhaalbezoeken te onthouden. Door op "Accepteren" te klikken, stemt u in met het gebruik van ALLE cookies.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.
Open link ► De Amerikaanse filosoof Daniel Dennett is onlangs op 82-jarige leeftijd overleden. Dennett stond bekend om zijn unieke…