Hoe hangen de zelfdeterminatietheorie en de theory of planned behavior met elkaar samen?

Twee psychologische theorieën waar je op deze site al vaker over hebt kunnen lezen zijn de zelfdeterminatietheorie en de theory of planned behavior. Een nieuw onderzoek (Chan et al., 2020) brengt de relaties tussen deze twee theorieën in kaart.

De zelfdeterminatietheorie

De zelfdeterminatietheorie (ZDT) is de nu meest invloedrijke en best onderzochte motivatietheorie. De theorie was oorspronkelijk gebaseerd op het werk van Richard Ryan en Ed Deci en wordt nu onderzocht en verder ontwikkeld door een groot netwerk van onderzoekers verspreid over de hele wereld. Als je nog niet bekend bent met de ZDT kun je hier of hier klikken om er meer over te weten te komen.

Een belangrijk concept uit de ZDT is autonome motivatie. Wanneer we autonoom gemotiveerd zijn, staan we erachter wat we aan het doen zijn omdat we de activiteit interessant of belangrijk vinden. Autonome motivatie hangt samen met welbevinden en goed functioneren.

Theory of planned behavior

De theory of planned behavior (TPB) werd geformuleerd door Icek Ajzen (1985) als een afgeleide van de theory of reasoned action (TRA). De theorie richtte zich op de vraag hoe intenties tot gedrag tot stand komen. Drie factoren werden als belangrijke determinanten van gedragsintenties beschouwd attitudes, subjectieve normen en beleefde controle over het gedrag. Klik hier om meer te weten te komen over de Theory of planned behavior.

Belangrijke sociaal cognitieve concepten uit de TPB zijn: houding (attitude), subjectieve norm (subjective norm) en beleefde gedragscontrole (perceived behavioral control). De TPB gaat er vanuit dat individuen de intentie tot doelgericht gedrag hebben wanneer ze een positieve houding tegenover dat gedrag hebben (attitude), het gedrag als verwacht en normaal gezien wordt in hun omgeving (subjective norm), en zij in staat zijn het gedrag te vertonen (percieved behavioral control).

Hoe hangen de ZDT en de TPB met elkaar samen?

Chan et al. onderzochten hoe de ZDT en de TPB met elkaar samenhangen. Om dit te doen namen zij een longitudinaal onderzoek, met meetmomenten op drie tijdstippen, af bij leerlingen lichamelijke opvoeding in China. De leerlingen vulden zelfrapportage-vragenlijsten in van autonome motivatie, houding, subjectieve norm beleefde gedragscontrole in met betrekking tot sportblessurepreventie. Zij deden dit op een startmoment (T1) en op twee vervolgmomenten: T2 (na 1 maand) en T3 (na 3 maanden).

Bevindingen

De onderstaande tabel laat de belangrijkste resultaten zien.

 

Wat in deze tabel te zien is dat autonome motivatie (uit de ZDT) de constructen uit de TPB voorspelde met kleine tot middelgrote effectgroottes. Er was nauwelijks sprake van een wederkerige relatie. De TPB constructen (attitude, subjective norm en PBC) voorspelden nauwelijks of niet autonome motivatie.

Conclusie

Dit onderzoek lijkt er dus op te wijzen dat autonome motivatie uit de ZDT dus een antecedent is van de constructen uit de TPB. Het bieden van autonomie-ondersteuning zou dus een goede manier kunnen zijn om de houding van individuen over het gevraagde gedrag positiever te maken, hen zich meer te laten realiseren dat het gedrag normaal is en verwacht wordt en dat zijn in staat zijn het gedrag te vertonen.

Autonomie-ondersteuning kun je vormgeven door het perspectief van leerlingen perspectief serieus te nemen, hen keuzemogelijkheden te bieden, hun eigen initiatief en uitproberen aan te moedigen, hen waar mogelijk te betrekken bij beslissingen hen een duidelijke reden (rationale) te geven voor eventuele verzoeken. Klik hier of hier om meer te lezen over Autonomie-ondersteuning.

Wat vind je van dit artikel?
  • Interessant (2)
  • Bruikbaar (1)