De Canadese onderzoekers Marlee Mercer en Duygu Biricik Gulseren onderzochten de potentieel schadelijke gevolgen van negatieve feedback gericht op bachelorstudenten (Mercer & Gulseren, 2023). Prestatiefeedback is essentieel in het hoger onderwijs, met name om studenten te ondersteunen in hun leerproces. Ook het geven van negatieve feedback kan nodig en nuttig zijn. Negatieve feedback kan echter onbedoeld schadelijk zijn, zeker wanneer het algemener is dan constructieve kritiek en het zich niet richt op specifieke gedragingen.

Trainingen Progressiegericht Werken

De literatuurreview

Het onderzoek richtte zich op bachelorstudenten. Tijdens hun bacheloropleiding maken studenten grote academische, sociale en psychologische ontwikkelingen door. Gezien de toenemende mentale gezondheidsproblemen onder studenten, is de rol van feedback cruciaal. In moderne opvattingen wordt feedback gezien als een tweezijdig proces, met de student als actieve deelnemer.

Het onderzoek van Mercer & Gulseren focuste specifiek op de onbedoelde effecten van negatieve feedback. Studies die enkel keken naar de positieve resultaten van feedback, lieten zij buiten beschouwing. Er bleven 36 artikelen over die relevant waren.

Impact van negatieve feedback

Negatieve feedback kan diverse directe en indirecte gevolgen hebben voor studenten. Hieronder kun je lezen over de effecten van negatieve feedback op hoe studenten over zichzelf dachten, op hun emoties, hun cognities, en hun gedragingen:

► Zelfconcept en self-efficacy

Uit 11 studies bleek dat negatieve feedback een bedreiging kan vormen voor het zelfconcept en de self-efficacy van studenten. Kim en Lee (2019) toonden aan dat studenten die negatieve feedback kregen een accuratere zelfbeoordeling hadden, maar aanzienlijk minder self-efficacy. In plaats van de feedback als constructief te beschouwen, kan het studenten het gevoel geven dat ze niet goed genoeg zijn. Zoals een deelnemer aan de studie van Busse (2013) opmerkte, kan de feedback zo overweldigend negatief zijn dat studenten hun eigen waarde in twijfel trekken.

► Emotionele reacties

Negatieve feedback kan leiden tot diverse emotionele reacties. Ayduk et al. (2013) en Kim en Lee (2019) vonden dat negatieve feedback significant meer negatieve emoties opleverde. Vooral angst werd vaak genoemd, zoals blijkt uit vijf studies. Na het ontvangen van negatieve feedback op hun eerste universitaire opdracht, ervaarden veel studenten verhoogde angst. Andere emotionele reacties waren onder meer schaamte, teleurstelling, verwarring, twijfel, frustratie, verdriet, schuld, ontevredenheid, en woede.

► Cognitieve reacties

Verscheidene studies identificeerden negatieve cognitieve effecten na het ontvangen van negatieve feedback. Sommige studenten gingen twijfelen aan de validiteit of bruikbaarheid van de feedback, wat resulteerde in een verminderde betrokkenheid bij de feedback en het negeren van de aanbevelingen. Negatieve feedback leidde ook tot een afname in het vertrouwen in docenten of de cursus als geheel. Wat betreft motivatie waren de bevindingen gemengd; hoewel sommige studies een toename in motivatie noteerden na negatieve feedback, vonden andere studies het tegenovergestelde.

► Gedragsverandering

Twaalf studies identificeerden negatieve gedragsveranderingen na het ontvangen van negatieve feedback. Plakht et al. (2013) vonden geen verband tussen negatieve feedback en de prestaties of bijdragen van studenten. Andere studies toonden aan dat het gedrag van studenten verslechterde na het ontvangen van negatieve feedback. Yu et al. (2021) merkten bijvoorbeeld op dat feedback niet leidde tot verbetering, maar juist tot meer problemen tijdens het herzien van teksten. Brown, Peterson, en Yao (2016) vonden dat negatieve feedback negatief geassocieerd was met het gemiddelde studiecijfer en de prestaties van studenten. Er is ook vastgesteld dat feedback kan leiden tot een afname in betrokkenheid en inzet bij toekomstige inspanningen.

 

Deze bevindingen benadrukken het belang voor docenten om bewust te zijn van de mogelijke negatieve impact van feedback en om methoden te vinden die studenten op een constructieve manier ondersteunen.

Factoren die de negatieve effecten vergroten

De effecten van negatieve feedback afhankelijk zijn van enkele contextfactoren. Hieronder kun je lezen hoe kenmerken van de feedbackgever, de feedback zelf, de feedbackontvanger, en de demografische factoren een rol kunnen spelen.

► Feedbackverstrekker:

    • Ongelijkwaardigheid en distantie: Studies hebben aangetoond dat wanneer een docent onverschillig is of zich distantieert van de gevoelens van de student, dit een negatieve invloed heeft op de waarde die studenten hechten aan de taak en de feedback (Fong et al., 2018; Hill et al., 2021). Een citaat uit 2021 illustreert dit sentiment: “Docenten moeten ons helpen met de emoties gerelateerd aan beoordeling. Het gaat om oordeel en docenten moeten zowel vriendelijk als eerlijk zijn in hoe ze je beoordelen.”
    • Onbegrip: Studenten hebben soms het gevoel dat docenten hun behoeften niet begrijpen of op dezelfde golflengte zitten (Carless, 2020).
    • Machtsonbalans: Vooral in online onderwijs kan er een gevoel van machtsonevenwichtigheid zijn, waardoor studenten zich ongemakkelijk voelen om hun docenten te benaderen met zorgen (Small en Attree, 2016).

► Kenmerken van de feedback:

    • Inhoud en specificiteit: Studenten hebben kritiek geuit op feedback die niet transparant, specifiek of te gedetailleerd was, of die zich richtte op minder belangrijke aspecten van hun werk, zoals grammaticale fouten (Busse 2013; Yu et al., 2021).
    • Format en timing: Geschreven feedback wordt soms als moeilijker te ontvangen ervaren, vooral voor academisch zwakkere studenten. Feedback aan het eind van het semester kan nutteloos aanvoelen als het niet kan worden gebruikt om hun cijfers te verbeteren (Hill & West. 2022; Carless. 2020).
    • Toon: De toon van de feedback kan ook een effect hebben op hoe studenten deze ontvangen. Negatieve overtuigingen over de toon werden soms geassocieerd met negatieve emotionele reacties (Lim et al., 2021).

► Kenmerken van de ontvanger:

    • Zelfconcept: Pre-existente niveaus van zelfconcept bepalen hoe een student zou reageren op negatieve feedback. Bijvoorbeeld, studenten met een negatiever zelfbeeld hadden een lagere bloeddrukreactiviteit en minder gezichtsnegativiteit na negatieve feedback (Ayduk et al., 2013).
    • Zelfeffectiviteit: Een hogere feedback zelfeffectiviteit kan het negatieve effect van verdriet veroorzaakt door negatieve feedback verminderen (Motro, Comer, en Lenaghan 2021).
    • Zelfwaarde en zelfbeeld: Als studenten zich onzeker voelen over of ze wel ‘thuishoren’ op een universiteit, kan negatieve feedback hen vatbaarder maken voor overwegingen om te stoppen (Shields, 2015).
    • Statische mindset versus groeimindset: Studenten die geloven dat hun intelligentie vaststaat (statische mindset), reageren defensiever op negatieve feedback en zijn minder geneigd zichzelf uit te dagen dan studenten met een groeimindset (Forsythe & Johnson, 2017).
    • Doelen en motivaties: De doelen en motivaties van studenten kunnen beïnvloeden hoe ze reageren op feedback (Lee 2019; Motro, Comer, en Lenaghan, 2021).
    • Geestelijke gezondheid: Vooraf bestaande aandoeningen zoals angst en depressie kunnen invloed hebben op de reactie van studenten op negatieve feedback (Tobias & Ito, 2021).

► Demografische verschillen:

    • Cultuur: Culturele verschillen kunnen beïnvloeden hoe studenten reageren op zowel succes als falen (Shu & Lam, 2016).
    • Ras en geslacht: Er zijn verschillen opgemerkt in hoe verschillende rassen en geslachten reageren op negatieve feedback, met name in termen van motivatie en doel nastreving (Biernat & Danaher, 2012; Eddington & Foxworth, 2012). [CV: de auteurs gebruiken, zoals velen, de term ‘ras’ wat ik een ongelukkige term vind; lees meer]

Deze uitgebreide uiteenzetting geeft een diepgaand inzicht in de factoren die de negatieve effecten van feedback kunnen vergroten, gebaseerd op diverse studies en onderzoeksbevindingen.

Een geïntegreerd model

Gebaseerd op onderzoeksresultaten introduceren Mercer & Gulseren een geïntegreerd model dat de dynamiek van feedback en de negatieve invloed op studenten in een academische context belicht. Het model definieert vier feedbacktypen: taak, proces, zelfregulatie en persoonlijk, die elk effect hebben op studentenresultaten zoals zelfconcept, emoties, cognitie en gedrag. Negatieve feedback kan bijvoorbeeld leiden tot verminderd zelfvertrouwen of emotionele reacties zoals angst. Factoren zoals studenteigenschappen en feedbackkenmerken spelen een rol in hoe feedback wordt ervaren en geïnterpreteerd. Het model biedt inzicht in de nuances van negatieve feedbackdynamiek in het onderwijs.

Implicaties voor de praktijk

De resultaten van dit onderzoek zijn belangrijk voor docenten. Hoewel de auteurs niet adviseren om negatieve feedback volledig te vermijden, vestigen ze wel de aandacht op de mogelijke onbedoelde negatieve effecten ervan. Ze onderstrepen het belang van een ondersteunende en constructieve benadering bij het geven van feedback.

Wanneer docenten zich voorbereiden om feedback te geven, dienen ze goed na te denken over de mogelijke impact van hun woorden en aanpak. Door zich bewust te zijn van deze impact kunnen ze hun feedback op een weloverwogen wijze brengen. Ook als het nodig is om kritische opmerkingen te maken, moeten docenten dit op een positieve en behulpzame manier doen. Ze kunnen wijzen op verbeterpunten, maar de wijze van communiceren moet steeds bemoedigend en steunend zijn.

Ondanks dat dit onderzoek zich voornamelijk richtte op bacheloronderwijs, zijn de bevindingen mogelijk ook relevant voor andere onderwijsniveaus. Dit komt omdat het effectief geven van feedback een universeel aspect is binnen het onderwijs, onafhankelijk van het specifieke niveau of de context.

Wat vind je van dit artikel?
  • Bruikbaar (2)
  • Interessant (0)