MicroLeren: Principes en Toepassingen

Via een post op LinkedIn stuitte ik op een artikel van Nidhi Sachdeva over MicroLearning, in het Nederlands ‘MicroLeren’. Als onderzoeker aan de Universiteit van Toronto heeft ze zich verdiept in de behoefte aan beknopte en doelgerichte leermethoden. In een wereld die steeds sneller beweegt en waarin we worden gebombardeerd met informatie, kunnen microlessen ons helpen om gefocust en effectief te leren.

Trainingen Progressiegericht Werken

Wat is MicroLeren?

MicroLeren gaat over het aanbieden van informatie en kennis in korte, scherpe eenheden die meteen ter zake komen. Dit kan variëren van korte instructievideo’s op YouTube, tot het gebruik van flitskaarten-apps zoals Anki. Ook interactieve infographics en snelle quizzes, zoals je die vindt op Kahoot, vallen hieronder. Ook tiktokvideo’s en beknopte podcasts kunnen, mits ze educatief zijn en gericht op een snelle overdracht van kennis, onder MicroLeren vallen.

Zes Ontwerpprincipes van MicroLeren

Nidhi Sachdeva schreef in haar blogartikel “Let’s focus on ‘Learning’ in MicroLearning” over de essentiële ontwerpprincipes van MicroLeren:

  1. Waardevolle inhoud: Centraal in elk stukje MicroLeren staat de inhoud. Dit moet niet alleen relevant zijn, maar vooral ook waarde toevoegen voor de leerling. Een succesvolle microles haalt het beste uit de voorkennis van de leerling en combineert dit met nieuwe informatie. Hierdoor ontstaat een synergie die de leerervaring versterkt en de kennisuitbreiding optimaliseert.
  2. Duidelijk instructiedoel: Voor een succesvolle microles is het fundamenteel om een duidelijk gedefinieerd doel te hebben. Het is niet genoeg om zomaar informatie te delen; je moet precies weten wat je wilt dat de leerling leert. Deze helderheid zorgt ervoor dat je als ontwerper gefocust blijft en dat de leerling na afloop weet wat hij of zij heeft opgestoken.
  3. Passende lengte en structuur: Hoewel microlessen per definitie kort zijn, betekent dit niet dat alle informatie in een korte tijd moet worden samengepropt. De structuur moet zodanig zijn dat het de aandacht van de leerling vasthoudt, en elk stukje informatie moet zijn eigen ruimte krijgen. Dit zorgt voor duidelijkheid en voorkomt overbelasting van de leerling.
  4. Passende timing: Weten wanneer je een les moet aanbieden, kan het verschil maken tussen een effectieve en een ineffectieve microles. Door de leerstof aan te bieden op een moment dat deze relevant is, zorg je voor maximale impact en retentie.
  5. Contextueel geschikt formaat: De manier waarop informatie wordt gepresenteerd is bijna net zo belangrijk als de inhoud zelf. Afhankelijk van de inhoud, de doelgroep en de context, kan een bepaald medium, zoals video of tekst, beter geschikt zijn. Kennis van onderwijskundige theorieën kan helpen bij het kiezen van het juiste formaat.
  6. Keuze van geschikte interactiviteit: Leren is een actief proces. Door interactiviteit toe te voegen, zoals quizzes of opdrachten, wordt de leerling aangezet tot nadenken en actief betrokken bij het leerproces. Dit verhoogt niet alleen de betrokkenheid, maar zorgt ook voor een dieper begrip en betere retentie.

Bruikbaarheid

De principes die Sachdeva aanhaalt voor MicroLeren lijken me nuttig. Het lijkt me zinvol om, bij het ontwerpen van onderwijsactiviteiten, jezelf vragen te stellen als:

  1. Waarom denk ik dat deze inhoud waardevol is?
  2. Wat wil ik dat de deelnemer na afloop heeft geleerd?
  3. Hoe zorg ik ervoor dat mijn les goed gestructureerd en bondig is?
  4. Wanneer is het beste moment om de les aan te bieden?
  5. Hoe verpak ik (onderdelen van) de les (video, tekst, visuele middelen)?
  6. Hoe zorg ik voor actieve deelname?

Ik kan me voorstellen dat deze principes niet alleen voor MicroLeren nuttig zijn maar ook kunnen dienen als leidraad bij het ontwerpen van langere onderwijsactiviteiten.

Wat vind je van dit artikel?
  • Interessant (0)
  • Bruikbaar (0)