Ik heb veel boeken gelezen van Jeffrey Pfeffer en zag dan ook uit naar zijn nieuwe boek Leadership BS: fixing workplaces and careers one truth at a time. Helaas is het, wat mij betreft, een teleurstellend boek.
Stanford University professor Jeffrey Pfeffer heeft een provocerend nieuw boek geschreven met als titel Leadership BS: Fixing Workplaces and Careers One Truth at a Time. In het boek bekritiseert hij de leiderschapstrainingsindustrie die, volgens hem, leert dat leiders betrouwbaar, authentiek, dienend, bescheiden en empathisch moeten zijn. Maar volgens Pfeffer is er geen bewijs dat deze leiderschapstrainingen enig goed doen. Hij beweert dat het effect ervan eerder schadelijk is omdat het een te idealistisch plaatje schetst van de realiteit van organisaties en leiderschap.
Trainingen Progressiegericht Werken |
De kritiek van Pfeffer op leiderschapstraining
Hierdoor doet leiderschapstraining, aldus Pfeffer, meer kwaad dan goed. De kloof tussen haar idealistische beeld en de harde werkelijkheid heeft ervoor gezorgd dat velen slecht voorbereid zijn om effectief om te gaan met de werkelijkheid van organisaties. Het beeld dat Pfeffer schetst is er één waarin manipulatie, liegen en narcistisch gedrag niet alleen wijdverbreid zijn maar ook grotendeels effectief en daarom tot op zekere hoogte aanbevelenswaardig.
Waarom het boek me teleurstelt
Het boek verraste me en stelde me teleur. Niet zozeer omdat het leiderschapstraining bekritiseert. Het kan waar zijn, ik weet het eerlijk gezegd niet, dat deze trainingen zich sterk richten op voorschriften die niet behulpzaam, irrelevant en onrealistisch zijn.
Het boek stelde me teleur in de zin dat het grotendeels mist wat verschillende van Pfeffers andere boeken juist erg goed maakte (boeken zoals Competitive Advantage Through People: Unleashing the Power of the Work Force, 1994; The Human Equation: Building Profits by Putting People First, 1998; The Knowing-Doing Gap: How Smart Companies Turn Knowledge into Action, 2000; Hidden Value: How Great Companies Achieve Extraordinary Results with Ordinary People, 2000).
Overmatig cynische blik
Deze boeken waren ook realistisch en kritisch van toon maar bevatten ook veel specifieke aanbevelingen over hoe betere en meer humane organisaties en HR-praktijken gebouwd kunnen worden, zodanig dat tegelijkertijd de organisaties effectiever worden.
Tenzij ik Leaderschip BS compleet verkeerd begrepen heb, doet dit boek dat nauwelijks. In plaats daarvan biedt het een overmatig cynische blik op de werkelijkheid. Een bepaalde mate van narcisme, inauthenticiteit, en dergelijke, aanbevelen is, naar mijn overtuiging, een slecht idee in de zin dat het gebaseerd is op een te enge blik op wat het criterium zou moeten zijn om te meten of bepaalde praktijken werken.
Pfeffer mikt te laag
Als het zo is dat narcistische gedragingen mensen vaak helpen om leiderschapsposities te verkrijgen en behouden (wat waar kan zijn) maakt dat dan narcisme een voorwaarde voor leiderschap? Als we dat zeggen, mikken we volgens mij te laag. In zo’n wereld zouden politici allemaal meer zoals Donald Trump moeten zijn. Maar werkt Trump-achtig leiderschap in de bredere zin dan dat hij erin geslaagd is om veel macht en geld te verwerven (zelfs bij dit laatste kun je vraagtekens zetten)?
Ik denk dat het criterium breder dient te zijn. Hoeveel heeft Trump bijgedragen aan het welzijn van zijn medewerkers en zakenpartners en aan de maatschappij als geheel? Ik vrees dat het plaatje niet zo geweldig is. Of laten we het voorbeeld wat extremer maken. Denk eens terug aan Nazi-Duitsland of aan de slavernijtijd. Zou een sociaal wetenschapper in die tijd leiderschapspraktijken aan dienen te bevelen die toen veel voorkwamen en binnen die systemen leken te werken?
Legitimatie van wangedrag?
Pfeffers voormalige coauteur Bob Sutton schreef ooit een boek met als titel The No-asshole rule. Dit boek neemt stelling tegen vuil spel van leiders en ik ben het daar mee eens. Pfeffer, daarentegen, lijkt te zeggen dat deze negatieve gedragingen mensen helpen om macht te verkrijgen en behouden en dat we moeten accepteren dat deze gedragingen horen bij het worden van een leider.
Dit herinnert me aan Donald Trump die recent zei dat de VS een ander soort onderhandelaars nodig had om te onderhandelen met buitenlandse onderhandelaars (bijvoorbeeld Chinezen) en gaf toe dat de onderhandelaars aan wie hij dacht vreselijke mensen zijn. Ik denk dat we niet in die redenering moeten trappen want het lijkt me een gevaarlijke redenering. Ik geloof er niets van dat we ooit vreselijk gedrag of vreselijke eigenschappen moeten legitimeren voor welke rol dan ook omdat ik denk dat we er altijd een prijs voor zullen betalen die groter is dan de opbrengst die er op korte termijn wellicht zal zijn.
Oppervlakkige analyse
Pfeffer schrijft: “De leiderschapsindustrie is zo obsessief gericht op het normatieve – wat leiders doen en hoe dingen zouden moeten zijn – dat zij grotendeels de fundamentele vraag negeert wat nou echt waar is en waarom.”
Ik denk dat dit een oppervlakkige analyse is. Het negeren van de werkelijkheid is natuurlijk onwijs. Maar er is een manier van kijken naar de werkelijkheid die realistisch en nuttig-normatief is. Slechts één voorbeeld hiervan is het perspectief van de zelfdeterminatietheorie (zie bijvoorbeeld Hoe we werk meer behoeftenondersteunend kunnen maken). Dit perspectief is onmiskenbaar ambitieus (je zou kunnen zeggen normatief) en positief in haar focus maar het ontkent op geen enkele manier harde aspecten van de organisatierealiteit en is tegelijkertijd gebaseerd op bewijs.
mee eens Coert,
het boek maak mensen, organisatie en de wereld er niet beter op.
Lees liever Verdraaide organisaties van Wouter Hart
Ik zie inderdaad niet hoe Pfeffer’s boek mensen, organisaties en de wereld er beter op maakt…
Het boek van Wouter Hart ken ik niet. Ik zal het googelen
moet staan : het boek maakt mensen …..
Helemaal eens Coert. Ik vind het zelfs schokkend. En dat zo direct na de economische crisis, waar juist dit soort leiders aan ten grondslag lagen. Het effect van dit soort ‘ kwalijke’ leiders is dus zeer twijfelachtig. Is dit wat we willen??? Ik dacht het toch niet!
Ik heb het boek (nog) niet gelezen, maar ik kan me wel iets voorstellen bij de kritiek op de idealistische, normatieve leiderschapstrainingen. De naïeve deelnemers nemen het voorgeschotelde leiderschapsideaal over en worden daarmee op het verkeerde been gezet. De narcisten, psychopaten, konkelaars leren een prachtig taalgebruik waarmee ze een moreel sausje over hun oude gedrag kunnen gieten.
Het doet me soms denken aan een documentaire over TBS instellingen waar bleek dat sommige psychopaten door alle psychotherapie leerden hoe ze hun slachtoffers nog beter konden manipuleren.
Ik wil niet meteen “Hoe wordt ik een rat” (Joep Schrijvers) aanbevelen, maar ik denk wel dat de trainingsindustrie met haar moralistische benadering, de humane idealen niet echt verder helpt.
Ik ben niet geneigd om meer narcisme en inauthiciteit te propageren, maar in plaats van geschokt en afwijzend te reageren, loont het misschien de moeite om te kijken wat deze leiderschapstrainingen werkelijk bewerkstelligen en de kritiek van Pfeffer serieus te nemen.
Zelf heb ik helemaal niet de neiging om de trainingsindustrie te verdedigen en ik wil niet beweren dat er in het algemeen goed werk wordt geleverd. Ik heb er niet zo’n goed zicht op. Ik hoor anekdotes over uitstekende en erg slechte praktijken. Dat Pfeffer kritiek levert op de trainingsindustrie vind ik prima. Al had ik wel juister gevonden als hij zijn beweringen over de trainingsindustrie (ik neem aan dat hij het over de Amerikaanse situatie) zou onderbouwen. Hij stelt nu gewoon dat de trainingsindustrie onrealistische ideaalbeelden aanleert en we moeten hem maar geloven. Dat vind ik niet sterk. Hij is de persoon die beweringen doet. Hij dient ze dan te bewijzen.
Mijn kritiek op het boek is echter vooral dat Pfeffer volgens mij niet met duidelijke en goede oplossingen komt.
Ach, ik kan vol bewondering kijken naar mensen die het lukt autonoom keuzes te maken en zo een realiteit te maken of veranderen.
Ik denk dat het boek gebaseerd is op niet willen verliezen en de aangereike leiderschapsidealen gaan over wat er te winnen is.
dat zou kunnen inderdaad
Ik hoorde en zag Pfeffer vorig jaar in Brussel, samen met enkele honderden anderen.
Het plaatje: een zelfgenoegzame ‘ik-weet-het-al’ die wijdbeens over een kaal podium heen en weer struint en in één woordenwaterval vertelde wat er in zijn recentste boek stond.
De inhoud: zijn boek dus, van voor naar achter, met voorbeelden en al. Maar aan het einde volkomen in tegenspraak met zichzelf. Zoals je zelf terecht opmerkt, Coert. De Q&A ronde hield hij dan ook wijselijk beperkt om niet in verlegenheid te komen en pat gezet te worden.
En toen dat toch dreigde door enkele pertinente vragen lulde hij maar wat rond de pot.
Een afknapper dus.
Geef mij dan maar Zenger & Folkman. http://www.zengerfolkman.com. Bekijk hun webinars (onder meer) waar de mens verrassend sterk centraal staat. En gesteund op overtuigend onderzoek op immens grote schaal. (ettelijke tienduizenden, en niet enkel in de VS maar ook elders)
Schitterend gewoon.
Bedankt Jean, wel zonde van Pfeffer want zijn vroegere werk bevat veel goeds.