Mary, een lerares op een middelbare school vertelde enkele jaren geleden over een situatie waarin ze de logische consequentie aanpak had toegepast. Ze werkte nog maar kort op de school en kende de leerlingen nog niet. Eén van de leerlingen in haar klas was Milan. Tijdens de lessen viel haar al snel op dat Milan regelmatig erg onrustig was. Hij deed niet goed mee met de lessen en maakte regelmatig onrustige geluidjes en bewegingen. Leerlingen om hem heen werden hier ook onrustig van. Toen Mary Milan vroeg om rustig mee te doen, antwoordde hij dat hij ADHD had en er niets aan kon doen. Later hoorde Mary van collega’s dat Milan een speciaal geval was. Ze vertelden dat zijn thuissituatie zeer problematisch was vanwege een vechtscheiding van zijn ouders en dat het voor hem heel moeilijk was om goed mee te doen. Ook vertelden ze dat Milan voorzichtig moest worden aangesproken omdat hij nog onrustiger werd als hij ‘verkeerd’ aangesproken werd.
Milan verstoort online lessen
Vlak nadat Mary begonnen was op deze school brak de COVID-pandemie uit en de lessen moesten online worden gegeven. Tijdens de eerste online lessen werd Milan nog onrustiger. Hij maakte bijna voortdurend geluidjes en liet zich moeilijk corrigeren. Twee andere leerlingen werden ook onrustig en luidruchtig. Het werd Mary bijna onmogelijk gemaakt de les nog te geven. Na afloop van een les realiseerde ze zich dat er iets moest veranderen. De drie jongens, Milan voorop, maakten het bijna onmogelijk voor haar om haar les goed te geven. De rest van de klas had hier uiteraard last van. Ze besloot de volgende les snel in te grijpen als het weer zou gebeuren.
De volgende les herhaalde het patroon zich al snel. Milan begon na enkele minuten weer geluidjes te maken en afleidende dingen te doen. De andere twee eerdergenoemde jongens gingen meedoen. Mary vroeg hen stil te zijn en rustig mee te doen. De twee ‘meelopers’ werden even rustig maar Milan bleef gekke geluidjes maken en onrustig doen.
Verwijdering uit de les
Mary zei toen: “Milan, het is belangrijk dat ik de les nu rustig kan geven. Daarom ga ik je nu verwijderen uit de les.” Ze verwijderde hem uit de les en kon de rest van de les relatief rustig geven. Na de les stuurde ze Milan een berichtje waarin ze schreef dat het nodig was om de les rustig te kunnen geven zodat iedereen zich kon concentreren en haar verstaan. Ze vroeg om na de lessen even contact met haar te hebben om haar uit te leggen hoe hij vanaf nu rustig mee zou gaan doen zodat zij haar les rustig kon geven. Op het genoemde tijdstip meldde Milan zich niet. Daarop besloot ze hem een mailtje te sturen waarin ze haar vraag herhaalde en hem vroeg deze vraag per email aan haar te beantwoorden. Ze zei erbij: “Als je me hebt uitgelegd hoe je rustig mee gaat doen en me hebt overtuigd dat je dit gaat lukken ben je natuurlijk weer van harte welkom in de les.”
Twee dagen later was haar volgende les met deze klas en ze had niets gehoord van Milan. Omdat Milan niet had gereageerd op haar verzoek liet ze hem niet toe in haar les. De les verliep behoorlijk goed. Ook de twee leerlingen die voorheen meededen met Milan deden goed mee. Een dag later kreeg Mary een mailtje van de mentor van deze klas waarin deze haar vroeg wat er met Milan aan de hand was. Milan had hem benaderd en gezegd dat hij niet meer met de les mee mocht doen. Mary legde uit dat Milan haar les eerder vrijwel onmogelijk gemaakt had en dat ze om de les te kunnen geven hem verwijderd had. Ze voegde toe dat Milan weer welkom was nadat hij haar had uitgelegd hoe hij vanaf nu rustig mee zou gaan doen. De mentor reageerde door te zeggen dat hij zich afvroeg of Milan dit wel zou kunnen. Mary antwoordde: “Ik hoop dat hij het kan en wacht het even af. Mijn eerste prioriteit ligt nu bij het kunnen geven van de les. Als Milan dat onmogelijk maakt hebben 25 leerlingen daar last van en dat kan ik niet laten gebeuren. Als hij me uitlegt hoe hij rustig mee gaat doen, is hij weer welkom.”
Milan belooft beterschap
De volgende les zou plaats vinden op dinsdag. Ze hoorde enkele dagen opnieuw niets tot er op maandagmiddag een mailtje binnenkwam van Milan. In een paar regels zei hij dat hij rustig mee zou doen met de les. Hij schreef dat het moeilijk vond om de hele tijd stil te zijn maar dat hij zijn microfoon uit zou zetten als hij even geluid wilde maken. Mary bedankte hem voor zijn uitleg. Ze schreef dat hij weer van harte welkom was in de les en dat ze goed zou opletten hoe het hem ging lukken om rustig mee te doen. Tijdens de les ging het vrij goed. Een enkel moment werd Milan weer onrustig. Na een korte correctie van Mary (“Milan, weet je het nog?”) werd hij weer rustig. Naderhand vertelde de mentor dat Milan naar hem toegekomen was en hem om hulp gevraagd had bij het schrijven van het mailtje. Gedurende drie weken na dit voorval ging het tamelijk goed in de lessen. Mary kon de lessen goed geven en het was voldoende rustig tijdens de les.
Gesprekje na terugval
Na deze periode merkte ze dat Milan weer onrustiger werd. Na de les sprak ze enkele collega’s die het ook over Milans verstorende gedrag in hun lessen hadden. Mary nodigde Milan uit voor een gesprekje. In plaats van hem geïrriteerd aan te spreken over het feit dat hij een terugval had (wat haar eerste impuls was) zei ze dat ze gezien had dat hij de afgelopen weken goed en rustig had meegedaan. Ze bedankte hem hiervoor en ze vroeg hem hoe hij dat voor elkaar gekregen had. In het gesprekje, dat ongeveer 10 minuten duurde vertelde Milan enkele dingen die hij had gedaan om zichzelf rustig te houden. Aan het einde van het gesprekje vroeg ze hem: ‘Hoe kun jij ervoor zorgen dat je de komende lessen opnieuw rustig meedoet?’ Milan zei dat hij de dingen die hij eerder had gedaan opnieuw zou toepassen. De volgende lessen verliepen opnieuw goed.
0 reacties