Op deze website kijken we vaak naar progressie op een microniveau. Het is echter ook interessant om eens te kijken naar het macroniveau. Wanneer maakt een land progressie? The Social Progress Index lijkt een goede manier te bieden om daar naar te kijken.
Wanneer gaat het goed in een land?
Waaraan denken we als we ons afvragen of het wel of niet goed gaat met een bepaald land? Misschien wordt ons beeld hierover in sterke mate bepaalde door incidenten die recent in het land hebben plaatsgevonden. Of misschien hebben we tegenstrijdige aanwijzingen over of het wel of niet goed gaat; sommige dingen lijken goed te gaan terwijl andere misschien juist de verkeerde kant op gaan. Of misschien laten we ons door weinig meer leiden in ons oordeel dan door de economische ontwikkeling van het betreffende land.
Bruto Nationaal Product
Dat laatste criterium, economische ontwikkeling of economische groei, is aantrekkelijk maar heeft belangrijke beperkingen. De Amerikaanse econoom, Simon Kuznets, legde de basis voor hoe we tegenwoordig in de politiek en economische wetenschap vooral denken over het succes en de progressie van een land, namelijk aan de hand van het begrip bnp, bruto nationaal product (eng: gdp). De ontwikkeling van het bnp per hoofd van de bevolking over jaren heen is een maat voor de economische groei van een land. Als we denken over het succes van een land dan denken we tegenwoordig bovenal aan bnp. Kuznets waarschuwde dat we bnp niet moeten gelijkstellen aan hoe goed het met een land gaat maar we hebben deze waarschuwing wellicht niet serieus genoeg genomen.
De sociale progressie index
Michael Green van The Social Progress Index Imperative legt in deze video uit dat bnp dominant geworden is maar een vertekend beeld geeft van hoe goed het gaat in een land. Hij zegt niets over rechtvaardigheid, milieu, vrijheid, geluk, en dergelijke. Green stelt een nieuwe manier van kijken voor die beter meet wat belangrijk is: de sociale progressie index. Deze index kijkt naar 12 items binnen drie brede categorieën: 1) basale menselijke behoeften, 2) fundamenten van welbevinden, 3) kansen (zie tabel).
Verhouding BNP en SPI
Michael Green laat in zijn presentatie zien hoe bnp (gdp) zich verhoudt tot de social progress index. Het volgende plaatje laat dat zien:
Bij rijkere landen wordt het verband tussen BNP en SPI minder sterk
Wat ten eerste opvalt is dat er een zeker verband bestaat tussen de SPI en GDP. Dit verband wordt gevisualiseerd door de regressielijn die door de puntenwolk heenloopt. Aanvankelijk is die regressielijn steil, later vlakt hij af. Dit betekent dat bij minder rijke landen groei in GDP en groei in SPI behoorlijk gelijk op gaan. Wordt het land rijker dan wordt het ook in allerlei sociale opzichten beter. Maar bij rijkere landen wordt het verband tussen GDP en SPI steeds minder sterk. Sommige punten bevinden zich ver onder de regressielijn. Dit zijn landen met een relatief lage SPI afgezet tegen hun GDP. Een voorbeeld van zo’n land is Koeweit. Andere punten bevinden zich ver boven de regressielijn. Dit zijn landen met een relatief hoge SPI afgezet tegen hun GDP. Een voorbeeld van zo’n land is Nieuw Zeeland. Gegevens over Nederland kun je hier vinden.
Kernvraag
De relevante vraag lijkt te zijn: hoe goed vertaalt een land dat rijker wordt zijn toegenomen rijkdom in sociale progressie?
0 reacties
Trackbacks/Pingbacks