Binnen de zelfdeterminatietheorie is veel onderzoek gedaan naar motivatie in onderwijs. Veel onderzoek heeft laten zien dat behoeftenondersteunend lesgeven zowel de motivatie als het presteren van leerlingen/studenten ten goede komt (zie bijvoorbeeld dit). Met behoeftenondersteunend wordt in dit verband bedoeld:
- autonomie-ondersteunend,
- structuur biedend (wat de behoefte aan competentie ondersteunt) en
- betrekken van leerlingen (wat de behoefte aan verbondenheid ondersteunt).
Tot nu toe is er nog weinig consensus over de wisselwerking tussen deze drie elementen van behoeftenondersteunend onderwijs. Leveren zij alle een unieke bijdrage of niet? Eerder onderzoek, via factoranalyses, wees erop dat de drie variabelen inderdaad onafhankelijk van elkaar zijn. Een nieuw onderzoek van Leenknecht et al. (2017) onderzocht deze vraag op een andere manier.
De drie elementen van behoeftenondersteunend lesgeven
Leenknecht et al. onderzochten de wisselwerking tussen de drie elementen van behoeftenondersteuning vanuit een persoonsperspectief, namelijk het perspectief van de student. Het onderzoek vond plaats onder 623 studenten uit het hoger onderwijs in Nederland. Zij onderzochten of de drie elementen vanuit het student perspectief als onafhankelijk van elkaar werden beleefd. Hiertoe namen zij een vragenlijst af waarin zij de percepties van studenten maten. Hieronder zie je welke vragen er gesteld werden. Dit biedt een interessante operationalisatie van wat de drie elementen van behoeftenondersteuning inhouden.
Item |
Autonomie ondersteuning |
1 | Mijn leraren geven me veel vrijheid in hoe ik mijn studie organiseer |
2 | Mijn leraren luisteren naar mijn ideeën |
3 | Het lijkt alsof mijn leraren me altijd vertellen wat ik moet doen |
4 | Mijn leraren geven me niet veel keuze in hoe ik mijn studie organiseer |
5 | Mijn leraren luisteren niet naar mijn mening |
6 | Mijn leraren leggen uit hoe ik de dingen die we leren op school kan gebruiken |
7 | Mijn leraren zijn altijd bezig met hoe ik mijn studie organiseer |
8 | Mijn leraren leggen niet uit waarom wat ik op school doe belangrijk is voor mij |
Item |
Structuur |
9 | Mijn leraren maken niet duidelijk wat ze van mij verwachten in de klas |
10 | Als ik een probleem niet kan oplossen, laten mijn leraren mij verschillende manieren zien om het te proberen |
11 | Elke keer als ik iets fout doe, reageren mijn leraren anders |
12 | Mijn leraren vertellen me niet wat ze van mij verwachten |
13 | Mijn leraren controleren of ik klaar ben voordat ze met een nieuw onderwerp beginnen |
14 | Mijn leraren veranderen steeds hoe ze op mij reageren |
15 | Mijn leraren laten me zien hoe ik problemen kan oplossen |
16 | Mijn leraren zorgen ervoor dat ik het begrijp voordat ze verder gaan |
Item |
Betrokkenheid |
17 | Mijn leraren kennen mij goed |
18 | Mijn leraren begrijpen me gewoon niet |
19 | Mijn leraren praten met mij |
20 | Ik kan niet op mijn leraren rekenen wanneer ik ze nodig heb |
21 | Mijn leraren mogen mij graag |
22 | Mijn leraren besteden tijd met mij |
23 | Mijn leraren reageren echt op mij |
24 | Ik kan niet op mijn leraren rekenen voor belangrijke zaken |
Factoranalyse en clusteranalyse
Via factoranalyse vonden zij wat eerder ook was gevonden, dat de drie variabelen inderdaad onafhankelijk van elkaar waren. Ook voerden wij een clusteranalyse uit, een persoonsgerichte analyse. Deze clusteranalyse ondersteunde niet de onafhankelijkheid van de drie variabelen. De studentpercepties van behoeftenondersteuning vielen in drie clusters uiteen: hoge, gemiddelde en lage behoeftenondersteuning. Dit suggereert dus dat de drie elementen niet onafhankelijk van elkaar zijn. Studenten die docenten beleven als autonomieondersteunend, beleven hen dus ook als structuur biedend en betrokken.
Behoeftenondersteuning hangt samen met motivatie en prestaties
Ten slotte bevestigde dit onderzoek opnieuw dat behoeftenondersteuning positief samenhangt met zowel motivatie als prestaties van studenten. Studenten die hun docenten beleefden als behoeftenondersteunend beschreven zichzelf als meer gemotiveerd en haalden hogere cijfers. Leenknecht et al. vatten de effecten van behoeftenondersteuning samen in het volgende plaatje:
Open link
► Dit onderzoek Van Howard et al. (2024) gaat over hoe leraren en ouders studenten helpen of hinderen op school. Het is gebaseerd op de zelfdeterminatietheorie. Er is gekeken naar een groot aantal studies, met in totaal bijna 389.000 studenten. Uit de analyse blijkt dat leraren en ouders die zich goed voelen, beter zijn in het steunen van studenten. Als leraren de psychologische basisbehoeften aan autonomie, competentie en verbondenheid studenten ondersteunen, doen de studenten het beter op school, zijn ze meer betrokken en voelen ze zich gelukkiger. Het tegenovergestelde gebeurt wanneer leraren de basisbehoeften frustreren.