In de huidige tijd is het belangrijk dat medewerkers tevreden zijn over hun werk en zich betrokken voelen bij hun organisatie. Wanneer dit namelijk het geval is, voelen ze zich beter en functioneren ze beter. Ook hebben ze dan sterker de neiging om bij de organisatie te blijven werken. Het is dus een belangrijke vraag hoe we deze positieve effecten op medewerkers kunnen bereiken. Güntert (2015) deed een onderzoek, gebaseerd op de zelfdeterminatietheorie en vond enkele interessante resultaten.

Trainingen Progressiegericht Werken

Onderzoek: relaties tussen context, motivatie en effecten op medewerkers

Güntert (2015) keek naar de relatie tussen motivatie en betrokkenheid van medewerkers uit de Zwitserse verzekeringssector (N=201). Hij onderzocht de relaties tussen drie sets van variabelen, die in het onderstaande schema worden genoemd:

Een korte toelichting op deze variabelen. Het motivationele potentieel van de functie werd gemeten via de Work Design Questionnaire en geeft weer hoeveel autonomie, variatie, betekenis, taakidentiteit en feedback het werk biedt. Wat autonomie-ondersteuning betekent, kun je hier lezen. De variabelen in de kolom motivatie zijn gebaseerd op het motivatiecontinuüm uit de zelfdeterminatietheorie. Civic virtue en altruïsme zijn aspecten van organizational citizenship behavior.

Relatie tussen werkcontext en betrokkenheid van medewerkers

Güntert vond, zoals hij verwacht had, een relatie tussen de contextuele antecedenten en de betrokkenheid van medewerkers. Met andere woorden: motiverend functieontwerp, autonomie-ondersteuning door de leidinggevenden en het gevoel bij medewerkers dat ze de organisatiestrategie snappen, hangen samen met betrokkenheid van medewerkers. De onderstaande tabel toont deze correlaties (let op: neiging om te vertrekken duidt op een lage betrokkenheid; vandaar de negatieve correlaties).

Relatie tussen werkcontext en motivatie

De relatie tussen de antecedenten en de motivatie van medewerkers wordt weergegeven in de onderstaande tabel:

Zoals verwacht correleerden de antecedenten positief met de twee aspecten van autonome motivatie (intrinsieke motivatie en identificatie) en negatief met de twee aspecten van gecontroleerde motivatie (introjectie en externe regulatie) en met amotivatie.

Relatie tussen motivatie en betrokkenheid van medewerkers

De relatie tussen motivatie en betrokkenheid van medewerkers wordt getoond in de onderstaande tabel:

Volgens verwachting correleerden intrinsieke motivatie en identificatie positief met de aspecten van betrokkenheid en introjectie, externe regulatie en amotivatie negatief met de aspecten van betrokkenheid. (Let op: neiging om te vertrekken is een uiting van lage betrokkenheid; vandaar dat het teken gewisseld is).

Motivatie medieert de relatie tussen werkcontext en betrokkenheid van medewerkers

Güntert onderzocht verder in hoeverre de relatie tussen de antecedenten en medewerkersbetrokkenheid werd gemedieerd door motivatie. Dat bleek het geval te zijn. De onderstaande figuur toont dit waarbij positieve relaties blauw zijn weergegeven en negatieve rood. Voor meer details over de mediatie-analyse verwijs ik naar het originele artikel.

Discussie

Dit onderzoek kent zijn beperkingen. Het is een onderzoek met een kleine steekproef en het is van correlationele aard (waardoor uitspraken over causaliteit niet kunnen worden gedaan). Maar het is wel een interessante eerste stap in het verkrijgen van inzicht in hoe de samenhangen tussen context, motivatie en medewerkersbetrokkenheid. De relaties die gevonden zijn, zijn in lijn met de verwachtingen zoals die geformuleerd zijn binnen de zelfdeterminatietheorie. grootschaliger onderzoek en experimenteel onderzoek kunnen goede vervolgstappen zijn om deze relaties nog beter te gaan begrijpen.

Wat vind je van dit artikel?
  • Interessant (5)
  • Bruikbaar (0)