Het Dunning-Kruger effect

door | mei 11, 2014 | Progressiegericht werken | 5 reacties

Het Dunning-Kruger effect

 

 

Mensen nemen de werkelijkheid niet eenvoudigweg waar zoals deze is. In de menselijke waarneming en oordeelsvorming treden allerlei fouten en vervormingen op waardoor we de werkelijkheid anders waarnemen dan zij is. Daarbij komt nog eens dat we ons normaal gesproken niet erg bewust zijn van die waarnemings- en beoordelingsfouten. Tenzij we kennis hebben over die fouten denken we dat wat we zien en horen gewoon de werkelijkheid is. Ook onszelf zien we niet op een realistische manier.

  Trainingen Progressiegericht Werken  

Het Dunning-Kruger effect: bias over onze eigen competentie

Een aspect van hoe we onszelf niet realistisch zien is dat we onze eigen vaardigheid/competentie op een bepaald gebied niet goed kunnen inschatten. Een voorbeeld hiervan is het Dunning-Kruger effect dat laat zien dat mensen die mensen die minder competent zijn op een bepaald gebied zichzelf positief kunnen inschatten terwijl mensen die hoger op de competentie scoren strenger voor zichzelf zijn (Langendyk, 2006). Al beter wordende worden we dus ook vaak bescheidener. 

De dubbele last van het Dunning-Kruger effect

De reden is dat mensen met een lage competentie ook het inzicht in hun eigen incompetentie missen. Volgens de auteurs moet je ergens goed in zijn om te kunnen beoordelen hoe goed je in die activiteit in bent. Denk maar aan het volgende voorbeeld: iemand die toondoof is kan ook niet horen hoe vals hij zelf zingt. Mensen die ergens niet goed in zijn hebben volgens Dunning & Kruger een dubbele last: ze zijn ergens slecht in en hebben het ook nog eens niet door. Dit kan leiden tot problemen voor jezelf – herinner je je al die vals zingende Idols kandidaten die stomverbaasd waren dat de jury hen niet fantastisch vond zingen?-  maar ook voor anderen – denk aan politici die simplistische standpunten met veel overtuiging naar voren brengen. Sommige (bijvoorbeeld) Amerikaanse politici lijken zelfs te kapitaliseren op het Dunning-Kruger effect. Ze lijken zich te realiseren dat de minder goed geïnformeerde kiezer nog stelliger over zijn eigen gelijk is dan de beter geïnformeerde kiezer. Ze lijken tegen die kiezer te zeggen: luister niet naar al die wetenschappelijke onzinpraatjes; wij weten dat wij gelijk hebben (lees meer over antiscience politics).

Een mindset van bescheidenheid

Ik denk dat het goed is als we onszelf en onze kinderen een mindset aanleren die uitgaat van bescheidenheid. Laat het Dunning-Kruger effect eens op je inwerken en realiseer je hoe het van toepassing is op jezelf. Het betekent onder andere dat vrijwel niemand in staat is om een realistisch oordeel te geven over hoe goed een componist als Bach was, hoe slim een wetenschapper als Einstein was, hoe vaardig een bepaalde Nobelprijswinnaar voor de literatuur is, enzovoorts. We zouden op die gebieden zelf uiterst competent moeten zijn om een enigszins realistische inschatting te kunnen maken van hoe goed die mensen zijn. We doen er waarschijnlijk wijzer aan om in dit soort gevallen te vertrouwen op de wisdom of the crowd: als veel experts zeggen dat Einstein briljant (of Darwin, Mozart, etc.) was dan is dat waarschijnlijk ook zo.

Wat we onze kinderen kunnen leren

Het Dunning-Kruger effect is uit te leggen aan kinderen. Leer ze dat je eigen inschatting van je bekwaamheid je voor de gek kan houden. Leer ze om hun oordeel over hun eigen functioneren uit te stellen en moedig ze aan om eerst meer te weten te komen over de activiteit. Moedig ze aan om zichzelf als beginners te zien en leer ze dat een beginner zichzelf per definitie nog niet zo goed kan beoordelen. Zo leer je ze een zeker wantrouwen en relativeringsvermogen aan over beoordelingen en zelfbeoordelingen. Leer ze ook een onderzoekende houding aan. Moedig ze aan om meer te weten te komen over een gebied dat ze interesseert. Vertel ze dat er nog veel te verkennen en leren valt voor ze.

Wat vind je van dit artikel?
  • Interessant (23)
  • Bruikbaar (12)

5 Reacties

  1. Caroline Heijmans

    Beste Coert, interessant artikel en ook heel erg herkenbaar. Er is echter wel een probleempje als je je inderdaad bescheiden opstelt. Omdat anderen met wie je interacteert zich niet altijd goed bewust zijn van het Dunning-Kruger-effect, kan het zijn dat zij jouw bescheidenheid interpreteren als ‘minder competent’. Bijvoorbeeld in een op competitie gerichte omgeving.
    Hartelijke groet, Caroline

    Antwoord
    • van loo sofie

      Absoluut herkenbaar! Over heel veel mediabuzzsituaties waar in gezelschap over gesproken wordt, is het not done om te zeggen dat wij daar geen uitspraken kunnen over doen omdat wij het dossier onvoldoende kennen.

      Antwoord
  2. Hera Bosgraaf

    Geef even een reactie, terwijl ik bezig ben met het huiswerk voor “vervolg training Progressiegericht werken”.

    Bovenstaand artikel is interessant, maar ik vraag me ook af hoe het zich verhoudt tot progressiegericht werken in het algemeen.

    Het artikel is bruikbaar voor mij, omdat ik hierdoor ontdek dat het lastig is je eigen competentie op waarde te schatten. Maar aan de andere kant vind ik dit ook niet zo relevant. Het appelleert aan een fixed mindset. Relevanter vind ik of ik kan beoordelen of ik in een bepaalde competentie beter word.

    Hoe zie jij dit Coert?

    Antwoord
    • Coert Visser

      Hoi Hera, Hier is even een snelle reactie met wat gedachten van mij hierover. Interessant om er zo op te refelecteren. Het Dunning Kruger effect kan naar mijn idee op een paar manieren progressie en de beleving van progressie belemmeren. In de eerste plaats kan het idee belemmeren dat progressie nodig, nuttig of mogelijk is (“ik weet al hoe het zit, ik kan het al heel goed”). In de tweede plaats kan de beleving van progressie aantasten. terwijl mensen beter worden worden ze vaak bescheidener (doordat ze beter weten hoe moelijk iets is e.d.).

      Antwoord
  3. Coert Visser

    Open link

    ► Dit onderzoek van Han en Dunning (2024) keek naar experts en niet-experts. Ze onderzochten hun metakennis in drie gebieden: klimaatwetenschap, psychologische statistiek en investeren. Metakennis is de kennis over hoeveel men weet en over de grenzen van die kennis. De volgende bevindingen kwamen naar voren:

    1) Experts gaven in het algemeen meer juiste antwoorden dan niet-experts binnen hun eigen kennisdomein. Dit wijst op een over het algemeen hogere vaardigheid of kennisniveau in de geteste domeinen.

    2) Experts toonden een betere metakennis over de kennis die ze wel hadden, wat blijkt uit het feit dat ze meer vertrouwen hadden in hun correcte antwoorden in vergelijking met niet-experts.

    3) Experts, net als niet-experts, waren vatbaar voor overmoed bij eenvoudige taken. Hun zelfbeoordeling bij deze taken was niet beter dan die van niet-experts, wat wijst op een vergelijkbare mate van overmoed bij taken die als eenvoudig worden beschouwd.

    4) Experts een slechtere metakennis dan niet-experts kunnen hebben over lacunes in hun kennis.

    Samengevat laten de resultaten zien dat experts beter weten wat ze weten, maar niet noodzakelijkerwijs beter zijn in het herkennen van hun kennislacunes dan niet-experts. Het onderstreept de noodzaak voor experts om nederig te blijven. Hun overmatig vertrouwen in eigen kennis kan leiden tot problemen in besluitvorming en kennisdeling.

    Antwoord

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

 

Voeg je bij 525 andere abonnees
 

► UPDATES & REACTIES

  1. Coert Visser
  2. Coert Visser
  3. Coert Visser
  4. Coert Visser
  5. Coert Visser
  6. Coert Visser
  7. Coert Visser
  8. Coert Visser
  9. Coert Visser

    Open link ► Dit artikel van Zhao et al. (2024) laat zien dat een hogere inname van plantaardige vetten, vooral…