Sinds het winnen van de presidentsverkiezing door Donald Trump komen er steeds meer namen naar buiten voor sleutelposities in zijn regering. Bij velen wekken deze namen verbazing. Veel van die personen lijken bij uitstek ongeschikt voor de rol die hen wordt toebedeeld. De satirische site De Speld merkte dit ook op en kwam met het bericht Donald Trump benoemt aanhanger van de platte aarde-theorie als hoofd van NASA. Maar de werkelijkheid is bijna even idioot als de satire. Hoe kan dit? Ik las ergens dat deze mensen niet alleen maar incompetent zijn maar iets ergers. Ze zijn anticompetent. Anticompetentie verwijst naar strategie waarbij individuen op posities worden geplaatst waarin ze niet alleen ongeschikt zijn, maar actief de principes en waarden ondermijnen die essentieel zijn voor het vervullen van die functie, met als doel instituties te verzwakken.
Trump en de logica van anticompetentie
Onder de genomineerden van Trump bevinden zich verschillende controversiële figuren, waarvan de geschiktheid en impact op de instellingen die zij zouden moeten dienen ernstig ter discussie staan. Hier zijn enkele voorbeelden:
- Pete Hegseth (minister van Defensie): Hij wordt geconfronteerd met ernstige beschuldigingen van seksuele intimidatie en heeft zich in het verleden uitgesproken tegen de deelname van vrouwen in gevechtsrollen in het leger. Zijn uitspraken staan haaks op het streven naar inclusiviteit en professionaliteit binnen de militaire dienst.
- Matt Gaetz (minister van Justitie): Hij wordt beschuldigd van seksuele wangedragingen, waaronder betalingen aan minderjarigen voor seksuele handelingen. Deze beschuldigingen ondermijnen de integriteit en geloofwaardigheid die nodig zijn in een justitiële functie.
- Dr. Mehmet Oz (gezondheidszorg): Hij heeft een geschiedenis van het promoten van onbewezen en soms gevaarlijke medische claims, zoals zogenaamde “wondermiddelen” voor gewichtsverlies. Zijn nominatie voor een beleidsrol in de gezondheidszorg roept vragen op over het waarborgen van evidence-based beleid en de bescherming van de volksgezondheid.
- Tulsi Gabbard (inlichtingen): Ze heeft omstreden standpunten ingenomen over buitenlandse politiek en vermeende nauwe banden met autoritaire regimes. Dit roept twijfels op over haar betrouwbaarheid en bekwaamheid om een cruciale inlichtingenfunctie uit te oefenen.
- Linda McMahon (minister van Onderwijs): Ze wordt geconfronteerd met beschuldigingen in een rechtszaak over het jarenlang tolereren van seksueel misbruik van minderjarige “ring boys” door een WWE-medewerker tijdens haar tijd als CEO van het bedrijf. Ondanks haar beperkte achtergrond in het onderwijs prijst Trump haar zakelijke leiderschap en inzet voor schoolkeuze. Haar nominatie roept zorgen op, vooral omdat ze verantwoordelijk zou worden voor het Office of Civil Rights, dat wetten handhaaft tegen seksueel misbruik en discriminatie.
Het opvallende aan deze keuzes is niet slechts hun gebrek aan kwalificaties, maar het feit dat ze actief lijken te botsen met de kernwaarden en doelen van de functies waarvoor ze zijn voorgesteld. Het doel van deze benoemingen lijkt niet gericht te zijn op het versterken van de instellingen die zij zouden moeten dienen, maar eerder op het zaaien van chaos, polarisatie en een afbraak van democratische normen. Dit is geen incompetentie in de traditionele zin—het is anticompetentie, een strategie die bewust institutionele doelen dwarsboomt.
Irrationaliteit en misleiding als politieke wapens
In mijn eerder besproken artikel De gevaren van irrationaliteit en misleiding in de politiek wordt een soortgelijk fenomeen beschreven. Irrationele en misleidende tactieken, zoals het verspreiden van leugens en het framen van persoonlijke successen ongeacht de realiteit, worden ingezet als politiek wapen. Deze aanpak ondermijnt het publieke debat en maakt het voor burgers moeilijker om weloverwogen beslissingen te nemen. Net zoals de benoemingen van Trump niet slechts getuigen van incompetentie, maar een actieve strategie van institutionele ondermijning vertegenwoordigen, spelen irrationele tactieken in op de normalisering van oneerlijkheid en het afleiden van verantwoordelijkheden.
Deze strategieën zijn uiterst effectief gebleken in het mobiliseren van aanhangers en het neutraliseren van kritiek, maar hebben tegelijkertijd een verwoestende impact op de democratie en het vertrouwen in de politiek. De anticompetentie van Trumps keuzes sluit hier naadloos op aan: het is een manier om instellingen te ondermijnen door leiderschap te belichamen dat tegenstrijdig is aan de waarden die deze instellingen moeten vertegenwoordigen.
De Nederlandse situatie: een parallel?
In Nederland zien we soortgelijke trends, zoals beschreven in het boek De domheid regeert van Sander Schimmelpenninck. Hier wordt domheid niet neergezet als een gebrek aan intelligentie, maar als een bewuste politieke strategie. Door vast te houden aan bewezen onwaarheden en het simplificeren van complexe vraagstukken, beïnvloeden politici niet alleen het debat, maar ook de perceptie van wat leiderschap zou moeten zijn. Schimmelpenninck wijst erop hoe deze strategieën talkshows domineren, verkiezingen sturen, en zelfs invloed hebben op journalistiek en wetenschappelijk onderzoek. (Lees ook: Het bullshit, het jij-bakt, het zondebokt. Laten we domrechts vooral dom blijven noemen).
Net zoals in de Amerikaanse situatie leidt deze aanpak tot een erosie van democratische normen. In plaats van beleid te baseren op kennis, feiten en redelijkheid, wordt de publieke opinie gestuurd door emoties, simplisme en irrationele retoriek. Dit is niet slechts een probleem van incompetentie bij individuele politici, maar een systemische trend die het fundament van democratische instituties bedreigt.
Wat kunnen we doen?
Om de opmars van anticompetentie te keren, is het cruciaal dat burgers en instellingen actief weerstand bieden tegen deze destructieve strategieën. Fact-checking, mediawijsheid, en politieke participatie kunnen helpen om de schade te beperken. Maar bovenal moeten we erkennen dat anticompetentie een bewuste strategie is en geen toevallig neveneffect van onkunde. Het vereist daarom een bewust en goed geïnformeerd tegengeluid.
Conclusie
De benoemingen van Trump tonen aan dat het probleem van anticompetentie verder reikt dan eenvoudige incompetentie: het is een actieve, destructieve strategie. Zowel in de VS als in Nederland moeten we erkennen dat deze aanpak gericht is op het ontmantelen van democratische en institutionele waarden. Door kritisch te blijven, verantwoordelijkheid te nemen, en irrationele retoriek te ontkrachten, kunnen we een bijdrage leveren aan een rechtvaardiger en stabieler politiek systeem.
- Update 21/11/24: Matt Gaetz withdraws as Trump’s AG nominee
0 reacties