Nieuw onderzoek laat twee interessante dingen zien: 1) mensen bereiken meer progressie in doelen die verbonden zijn aan intrinsieke aspiraties en 2) mensen ervaren een grotere vitaliteit wanneer ze progressie boeken in intrinsieke doelen.
Het draaiknoppenmodel is een krachtig theoretisch raamwerk gebaseerd op werk uit de sociale psychologie dat praktisch goed bruikbaar is voor het realiseren van systeembrede verbeteringen. Om het raamwerk goed te begrijpen is eerst enige theoretische achtergrond nodig.
De feedbackladder, beschreven door David Perkins en Amy Sullivan, is een behulpzame stapsgewijze feedbackaanpak.
Als manager hebt u net een vergadering voorgezeten. John bracht een voorstel naar voren om een Customer Relationship Management (CRM) systeem in te voeren. Hij deed dit overtuigend en gedreven maar hij gaf zijn twee collega’s Cees en Henk hij erg weinig ruimte om te reageren. U wilt hier graag op terugkomen bij John. Maar hoe?
Onderzoekers Gillison et al. (2018) hebben een meta-analyse uitgevoerd om het effect te bepalen van technieken gebaseerd op de zelfdeterminatietheorie (ZDT) op motivatie voor gezond gedrag. In 8 databases zochten zij relevante publicaties uit de periode van 1970-2017. In de meta-analyse namen zij uiteindelijk 74 onderzoeken mee die alle een controlegroep hadden en een voor- en nameting. De gebruikte technieken werden gegroepeerd tot 18 ZDT technieken. Er werd gekeken naar het effect van het gecombineerde gebruik van deze technieken op de volgende uitkomsten: 1) beleefde autonomie, 2) beleefde competentie, 3) beleefde verbondenheid, 4) autonome motivatie en 5) beleefde autonomie-ondersteuning. Ook werd gekeken naar de afzonderlijke effecten van de ZDT-technieken.
Di Domenico & Ryan (2017) beschrijven hoe er een neurowetenschap van intrinsieke motivatie aan het ontstaan is. Intrinsieke motivatie is het geheel van onze spontane neigingen om nieuwsgierig en geïnteresseerd te zijn en om uitdagingen en oefening op te zoeken en om onze vaardigheden en kennis te ontwikkelen zelfs in de afwezigheid van duidelijk te onderscheiden beloningen. Onderzoek binnen het theoretische kader van de zelfdeterminatietheorie heeft laten zien dat intrinsieke motivatie een levenslang aanwezige motivatie is die geassocieerd is met allerlei positieve effecten zoals beter leren en presteren, creativiteit en psychologisch welbevinden. Wel is intrinsieke motivatie afhankelijk van de beleving van competentie en autonomie. Als de vervulling van deze twee psychologische basisbehoeften wordt gefrustreerd, zijn we in mindere mate intrinsiek gemotiveerd.
Autonomie-ondersteuning door leidinggevenden hangt samen met allerlei gewenste aspecten van het functioneren van medewerkers. Een controlerende aansturing door leidinggevenden daarentegen hangt samen met uiteenlopende ongewenste aspecten. Een nieuw artikel van Kanat-Maymon et al. (2018) onderzoekt in hoeverre ogenschijnlijke effectiviteit van autonomie-ondersteuning te maken heeft met de acceptatie van het gezag van de leidinggevende. Via twee onderzoeken komen zij tot interessante inzichten.
Interessante nieuwe informatie over een effectieve mindset-interventie. Een nieuw onderzoek van Yeager et al. (2016) bestudeerde de effecten van zogenaamde voorbereidende lekentheorie-interventies om raciale, ethnische en socio-economische prestatiekloven te voorkomen op de universiteit.
Zonder dat we dat zelf merken, maken we als mensen voortdurend allerlei waarnemings-, beoordelings- en redeneerfouten. Sinds het begin van de jaren ’70 is er een enorme hoeveelheid onderzoek die dit soort fouten heeft aangetoond. Veel van de technieken en principes in de progressiegerichte aanpak houden rekening met dit soort cognitieve fouten en kunnen worden gezien als tegenmaatregelen tegen deze fouten. Het onderzoek naar cognitieve fouten begon bij Daniel Kahneman en Amos Tversky. Zij toonden aan dat mensen allerlei fouten maken in de manier waarop ze situaties inschatten, informatie verwerken, redeneren en oordelen.
In dit artikel beschrijf ik onderzoek van Pulfrey, Vansteenkiste & Michou (2019) over hoe verschillende soorten doelen samenhangen met onze neiging tot sjoemelen. Hun onderzoek geeft inzicht in hoe we de kans op sjoemelen kunnen verkleinen.
Op deze site heb ik al vaak aandacht besteed aan de zelfdeterminatietheorie. Talloze onderzoeken hebben laten zien dat het kunnen maken van autonome keuzes, keuzes die gebaseerd zijn op je eigen interesses en waarden, veel voordelen heeft voor mensen (lees bijvoorbeeld hoofdstuk 3 in mijn boek). Bij vrijwel al deze onderzoeken werd gebruik gemaakt van allerlei soorten vragenlijsten en gedragsobservaties maar ook van meer objectieve indicatoren zoals prestatiemetingen. Wat nog relatief weinig is uitgevoerd is neurowetenschappelijk onderzoek naar de effecten van het maken van autonome keuzes. Dat type onderzoek begint nu echter van de grond te komen. Hierdoor beginnen we zicht te krijgen op welke hersengebieden en welke neurale mechanismes een belangrijke rol spelen bij autonoom functioneren.Lees verder »
Een van de vele terreinen waarvoor de zelfdeterminatietheorie (ZDT) relevant is, is leidinggeven (zie bijvoorbeeld hier). ZDT stelt dat een autonomie-ondersteunende manier van leidinggeven allerlei voordelen heeft, zoals een betere motivatie van medewerkers, meer welbevinden bij medewerkers en beter functioneren door medewerkers. Diverse onderzoeken hebben in het verleden al een samenhang laten zien tussen autonomie-ondersteunend leidinggeven en dit soort positieve uitkomsten. Een nieuwe meta-analyse (Slemp et al, 2018, k=83, N=32.870) geeft een gestructureerd overzicht van de correlaties tussen autonomie-ondersteunend leidinggeven en allerlei positieve uitkomsten bij medewerkers.
Eén van de meest invloedrijke onderzoeken door Carol Dweck en haar collega’s is het onderzoek van Mueller & Dweck (1998) met als titel: Praise for Intelligence Can Undermine Children’s Motivation and Performance. Door de jaren heen is er van verschillende kanten enige kritiek geuit op dit onderzoek of zijn haar bevindingen betwist, soms grotendeels terecht, soms grotendeels onterecht. Deze kritieken kennende, stel ik dat Mueller & Dweck (1998) een klassieke publicatie is die weinig of niets aan belang heeft ingeboet. Hier kun je een korte beschrijving lezen van dat onderzoek.
In een nieuw boek getiteld Rethinking Positive Thinking: Inside the New Science of Motivation vat Gabriele Oettingen van NYU twintig jaar onderzoek dat zij samen met haar collega’s heeft gedaan, samen. Dit onderzoek heeft zich vooral gericht op de functies en effecten van positieve fantasieën en op een techniek die mentaal contrasteren (mental contrasting) heet.
Wij gebruiken cookies op onze website om u de meest relevante ervaring te bieden door uw voorkeuren en herhaalbezoeken te onthouden. Door op "Accepteren" te klikken, stemt u in met het gebruik van ALLE cookies.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.
Open link ► Dit onderzoek richt zich op de vraag of jonge mannen in Nederland conservatiever worden ten aanzien van…