Drie psychologische concepten hebben alle drie iets te maken met bekwaamheid: de groeimindset, self-efficacy en de behoefte aan competentie. Omdat ze allemaal iets met bekwaamheid te maken hebben, worden ze in het gebruik soms met elkaar verward. In dit artikel leg ik uit waarom die verwarring begrijpelijk is, wat de begrippen precies betekenen, en hoe ze van elkaar verschillen.
De verwarring
De begrippen groeimindset, self-efficacy en de behoefte aan competentie hebben alle drie iets te maken met het ervaren of inschatten van bekwaamheid (of het gebrek daaraan). Ze gaan over geloven dat je iets kunt leren, vertrouwen dat je iets kunt uitvoeren, en merken dat je iets kunt, ofwel je bekwaam voelen in wat je doet. Ze worden vaak gebruikt in dezelfde contexten: leren, motivatie, coaching, onderwijs, prestaties. Af en toe worden ze losjes of door elkaar heen gebruikt. Toch zijn ze verschillend.
Wat houden de begrippen in?
Kort gezegd betekenen de begrippen het volgende:
-
Groeimindset – Begrip uit Carol Dwecks mindsettheorie; de overtuiging dat capaciteiten en vaardigheden kúnnen groeien door inspanning, hulp en effectieve strategieën.
-
Self‑efficacy – Binnen Albert Bandura’s sociaal‑cognitieve theorie is dit het taak‑specifieke vertrouwen dat je een handeling nu of op korte termijn succesvol kunt uitvoeren. Het construct is situationeel, concreet en meetbaar: ‘Ik kan dit hoofdstuk biologie begrijpen’ of ‘Ik kan deze presentatie morgen goed houden.’
-
Behoefte aan competentie – Een van de drie psychologische basisbehoeften in de zelfdeterminatietheorie (Deci & Ryan). Mensen willen zich effectief en vaardig voelen in activiteiten die ertoe doen. Is die behoefte vervuld, dan ontstaat autonome motivatie: je doet iets omdat het interessant, zinvol of leuk is, niet omdat het moet.
Hoe verschillen ze en vullen ze elkaar aan?
Dimensie | Groeimindset | Self‑efficacy | Behoefte aan competentie |
Betekenis | Overtuiging dat capaciteiten kunnen groeien | Vertrouwen in een specifieke taak | Universele psychologische basisbehoefte om je bekwaam te voelen |
Tijdshorizon | Toekomstige groei | Huidig of nabij succes | Continu aanwezig |
Psychologische rol | Stuurt keuze voor uitdagingen en omgaan met fouten | Bepaalt inspanning en volhouden in een taak | Bepaalt de kwaliteit van motivatie |
Wat helpt | Procesfeedback, ‘nog‑niet’‑taal, groeidoelen | Mastery‑ervaringen, rolmodellen, aanmoediging | Optimale moeilijkheid, constructieve feedback, keuzevrijheid, autonomie‑ondersteuning |
In één zin: groeimindset gaat over de verwachting dát je kunt groeien, self‑efficacy over het vertrouwen dát je een concrete stap nu kunt zetten en de behoefte aan competentie over het ervaren van bekwaamheid tijdens dat proces.
0 reacties