Afdwalen kan nuttig zijn

Moet je altijd proberen om zo min mogelijk in gedachten af te dwalen om zo goed en plezierig mogelijk te functioneren? Nee, het ligt genuanceerder.

 Trainingen Progressiegericht Werken 

Spontane gedachten: het default mode network

Bij afdwalen hebben we het over spontane gedachten, gedachten die niet voortkomen uit een externe prikkel. Tijdens deze spontane gedachten wordt een ander circuit in de hersenen actief. Dit systeem wordt het default mode network (DMN) genoemd, soms ook aangeduid als default network (DN). Een vraag die velen bezig houdt is wat de functie en effecten zijn van het hebben van dit soort spontane gedachten waarbij het DMN actief is. Je zou kunnen denken dat veel van dit soort afdwalend/spontaan denken niet zo goed is voor een mensen omdat het bijvoorbeeld tot veel piekeren leiden kan. Deze gedachte is niet zo vreemd. Sommige vormen van psychopathologie blijken namelijk samen te hangen met een overactiviteit of een afwijkende activiteit van het DMN (zie hier, hier en hier). Aan de andere kant zijn er ook aanwijzingen dat DMN activiteit een belangrijke sociale functie heeft (zie hier en hier).

Is afdwalen onprettig?

Killingworth & Gilbert (2010) deden een onderzoek naar het effect van in gedachten afdwalen op je prettig je je voelt (zie mijn eerdere artikel daarover). Op grond van hun onderzoek concludeerden zij dat mensen vaak afdwalen en dat mensen zich meestal ongelukkiger voelen wanneer zij afdwalen dan wanneer zij zich op hun activiteit of taak concentreren. Zelfs wanneer mensen afdwalen naar een positief onderwerp voelen zij zich niet beter dan wanneer zij zich op hun activiteit of taak concentreren. In een later artikel kwamen Wilson et al (2014) op grond van een aantal experimenten tot vergelijkbare conclusies. Ze stellen op basis van die experimenten dat mensen niet graag alleen zijn met hun gedachten en liever iets te doen hebben, zoals het uitvoeren van een taak. Ze stellen zelfs dat mensen vaak nog liever iets negatiefs doen (zoals zichzelf een elektrische schok toedienen) dan niets doen en alleen maar denken. Nu lijkt het erop dat er twee soorten bezwaren te maken zijn tegen deze conclusies.

Is spontaan denken wel onplezierig?

Het eerste type bezwaar richt zich op de conclusies. Fox et al. (2014) waren verrast over de bevindingen van Wilson et al. (2014) en Killingworth & Gilbert (2010) omdat deze volgens hen in strijd waren met eerdere onderzoeken waaruit naar voren kwam dat afdwalen over het algemeen als licht positief wordt ervaren (in dit bestand kun je zien welke onderzoeken zij citeren). Fox et al. hebben de data van Wilson et al opnieuw geanalyseerd en concluderen dat de conclusies van Wilson et al. gebaseerd zijn op een verkeerde interpretatie van hun eigen data en dat hun data in feite bevindingen van eerdere onderzoeken bevestigen dat denken gemiddeld als enigszins prettig wordt ervaren en dat er, afhankelijk van de situatie, heel veel variatie bestaat in hoe plezierig mensen denken ervaren.

Gaat het wel alleen om plezier?

Een tweede type bezwaar is dat er door Killingworth & Gilbert (2010) en Wilson et al (2014) alleen gekeken wordt naar hoe als plezierig denken wordt gevonden terwijl plezier niet het enige criterium van belang is. Zou het niet zo kunnen zijn dat de effecten van denken en afdwalen veel verder dan alleen het opleveren van een plezierig of onplezierig gevoel? Dat lijkt inderdaad het geval te zijn.

Spontane gedachten vervullen belangrijke functies

Volgens Morewedge et al. (2014) kunnen mensen het gevoel hebben dat spontane gedachten leiden tot een beter zelfinzicht. Volgens Baars (2010) spelen spontane gedachten een belangrijke adaptieve rol bij het oplossen van problemen in het leven. Volgens Christoff et al. (2011) kunnen spontane gedachten betekenis geven aan ons leven. Baird et al. (2011) zeggen dat afdwalen een belangrijke rol speelt in bij het plannen van je toekomst. Smallwood et al. (2013) stellen dat spontane gedachten helpen bij het realiseren van langetermijndoelen. Mooneyham et al. (2013) stellen dat spontane gedachten een cruciale rol kunnen spelen bij autobiografische planning en creatieve probleemoplossing (zie ook Smallwood et al. 2011).

Conclusie

Afdwalen lijkt dus niet slecht te zijn. Het is te simpel om te denken dat we het zoveel mogelijk moeten vermijden. Wanneer je met doelgerichte activiteiten bezig bent lijkt het in het algemeen wel het beste als afdwalen beperkt blijft (zie hier). Maar op andere momenten lijkt ruimte nemen om af te dwalen nuttig te zijn. Een manier om ruimte te maken voor nuttig afdwalen is om regelmatig wat eenvoudige taken uit te voeren. Baird et al (2012) stellen dat doen van simpele taken afdwalen mogelijk maakt wat creatieve probleemoplossing stimuleert.

Kortom: soms is het belangrijk om geheel gericht te zijn op een externe taak. Op andere momenten moet je afdwalen.

Wat vind je van dit artikel?
  • Bruikbaar (2)
  • Interessant (1)